Paula Modersohn-Becker: ‘Mädchenakt mit Blumen’ (circa 1907).
copyright: 2018 / Rijksmuseum Twenthe
Het meisje op dit schilderij van Paula Modersohn-Becker (1876-1907) doet denken aan de bewoners van Tahiti op de Stille Zuidzee-schilderijen van Paul Gauguin. Niet alleen hoe het er uitziet, maar ook door de kleuren en de magisch-mysterieuze sfeer. Het werd in 1907 geschilderd, dus het moet wel een van de laatste schilderijen van Paula Modersohn-Becker zijn. Daardoor krijgt het een extra betekenis, zoals ‘Korenveld met kraaien’ van Vincent van Gogh die heeft gekregen omdat het ongeveer zijn laatste schilderij was. Beiden stierven jong en allebei waren ze op zoek naar een nieuwe beeldtaal.
Als Paula Modersohn-Becker in haar woonplaats Worpswede een landschap wilde schilderen, ging ze niet achter haar ezel staan. Ze ging in het gras liggen, sloot haar ogen en bedacht hoe ze een landschap ging opzetten, de compositie, de kleuren. Pas als ze dat wist, ging ze aan de slag. Voor haar gold niet wat de natuur toont, maar wat de kunstenaar ermee wil. Na een jaar, waarin ze de kinderen van de turfstekers en de bewoners van het plaatselijke armenhuis portretteerde, deed ze wat ze eigenlijk al meteen van plan was. Op Oudejaarsavond 1899 nam ze de trein naar Parijs, het centrum van de nieuwste internationale kunstontwikkelingen, waar ze op de eerste dag van de nieuwe eeuw aankwam.
Op de tentoonstelling ‘Paula Modersohn-Becker, tussen Worpswede en Parijs’ in het Rijksmuseum Twenthe wordt een filmpje vertoond van Parijs in 1900. Mensen die zich voorthaasten, in diligences voorbijrijden of zich op het rollende trottoir van de Wereldtentoonstelling laten meevoeren. Je kijkt en hoopt Paula Modersohn-Becker daar tussen te zien, zich reppend naar de Académie Colarossi waar ze naar naaktmodel tekende, in Galerie Vollard waar ze schilderijen van Cézanne en Gauguin bewonderde, de vormentaal van beelden van Rodin en Maillol in zich opnam, of op weg was naar haar eigen tijdelijke atelier.
Op de tentoonstelling is dat allemaal duidelijk te volgen, het proces van hoe ze zich allerlei indrukken van schilderkunstige vernieuwing eigen maakte. Stillevens die de invloed van Cézanne laten zien, composities met vrouwen en meisjes waarin Emile Bernard en Paul Gauguin doorschemeren. Vereenvoudiging van vorm en de symboliek van kleuren, dat waar ze naar op zoek was, vond ze in Parijs.
In de loop van de tijd drong het besef door dat Paula Modersohn-Becker een van de belangrijkste Duitse avant-garde kunstenaars is geweest. Sterker nog, in haar werk was ze de avant-garde vóór.
‘Paula Modersohn-Becker, tussen Worpswede en Parijs’. Rijksmuseum Twenthe, Enschede. T/m 12 augustus 2018. www.rijksmuseumtwenthe.nl