John William Godward (1904)
copyrights: canadaartconnecton.com
‘De vondst van een onbekend gedicht van de Griekse dichteres Sappho is opwindender dan het verschijnen van een nieuw album van David Bowie’, schreef Tom Payne afgelopen maandag in de Britse krant The Telegraph naar aanleiding van de vondst door dr. Dirk Obbink waaraan nauwelijks getwijfeld wordt. De beide op papyrus geschreven gedichtfragmenten, in hetzelfde metrum als de andere bewaard gebleven gedichten van Sappho, bevatten eenzelfde taalgebruik als wat in de late 7de eeuw op het eiland Lesbos gehanteerd werd.
Het is waar wat Tom Payne schrijft, Sappho is in sommige kringen nog even hot als David Bowie. Ook zij schreef, net als Bowie, over gender, bezat de lust tot taalexperiment en werd eveneens alom bewonderd. Nu zou ze een dichtende popster zijn geworden. Plato noemde haar niet voor niets de tiende Muze. We weten niet of David Bowie over 2700 jaar nog even bekend is, maar Sappho overleefde met gemak zo’n lange tijd.
‘Hoe verleidelijk je lacht; mijn hart
slaat zomaar over in mijn borst.
En als ik even naar je kijk,
weigert mijn stem te spreken.
Mijn tong verstijft, en heel kleine
vlammetjes kruipen onder mijn huid,
mijn ogen zijn verblind, en mijn
oren suizen.’
Deze dichtregels lezen en klinken, los van de mooie vertaling, heel gedurfd en modern, wat in haar tijd ook haar roem veroorzaakte. Maar het is natuurlijk vooral het onderwerp liefde, haar bedes tot de liefdesgodin Aphrodite, en haar klacht op latere leeftijd over haar verloren jeugd, (‘waar is dat mooie meisje gebleven?’) waardoor haar gedichten tijdloos werden.
Sappho werd daarbij een voorbeeld van lichamelijke en geestelijke schoonheid. En van de vrouwenliefde. Niet dat we zeker weten of ze hetero of lesbisch was, maar in tijden waarin iemand het woord lesbisch niet eens mocht uitspreken, werd ze een baken van vrijheid en verzet, de oermoeder van lesbische vrouwen.
De dichter Willem Kloos heeft haar in 1882 bezongen in zijn zoektocht naar lichamelijke en geestelijke liefde en de onoverbrugbare tegenstelling daartussen zoals die in zijn tijd werd gecultiveerd.
Sappho gaat over het leven, over vriendschap en gemis en over verlangen. Ze vertegenwoordigt het zoeken naar harmonie in een wereld die, zoals de pantheïst Kloos hoopte, langzamerhand vergoddelijkt zou raken zodat geluk en liefde voor iedereen bereikbaar is.